Programmakaart structuur
In dit hoofdstuk vindt u de acht beleidsprogramma's waarover verantwoording wordt afgelegd. Elk programma wordt onder de noemer 'Wat hebben we bereikt?' voorafgegaan door een korte en bondige inleiding. Onder het tabblad 'Verantwoording over beleid' kunt u vervolgens per programma de doelstellingen van het gemeentebestuur vinden, zoals vastgesteld in de Begroting 2020, en daarbij de verantwoording op activiteitsniveau.
Leeswijzer activiteitsverantwoording
Voor de activiteitsverantwoording geven we met drie symbolen aan in hoeverre de activiteiten zijn gerealiseerd en/of behaald, zo ziet u in één oogopslag de status van de activiteit. Indien u vervolgens op het 'plusje' naast de activiteit klikt, leest u in het uitklapscherm eerst de activiteit zoals deze in de Begroting 2020 was opgenomen, gevolgd door de activiteitsverantwoording. Deze activiteitsverantwoording "spiegelt" hierbij in feite aan de begrotingstekst. De legenda van de gebruikte symbolen is als volgt:
De activiteit is gerealiseerd/behaald.
De activiteit is deels gerealiseerd/behaald of iets vertraagd, waarbij de voortgang wel zodanig is dat realisatie in 2021 plaatsvindt.
De activiteit is niet gerealiseerd/behaald.
Indicatoren
Elk programma kent een set basis indicatoren en een set aanvullende indicatoren met een lokale component. De "basis" komt voort uit het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV), dit is een vaste set verplichte beleidsindicatoren gehanteerd door het Rijk om de vergelijkbaarheid tussen gemeenten te bevorderen. Deze basis BBV-indicatoren zijn onderverdeeld naar taakvelden, er is een koppeling gemaakt tussen de taakvelden en de beleidsprogramma's waar deze een logische link vormen. Een totaal overzicht van de BBV-indicatoren treft u tevens aan onder de bijlage van deze Jaarstukken.
Naast de basis indicatoren kent elk programma ook een aantal aanvullende indicatoren. Deze indicatoren hebben een duidelijke link met de doelstellingen van het programma en bieden informatie die niet gemeten wordt met hulp van de basis BBV-indicatoren. Aan deze aanvullende indicatoren zijn - anders dan bij de basis BBV-indicatoren - ook streefwaarden gekoppeld. Afhankelijk van de indicator en de doelstellingen zijn deze streefwaarden uitgedrukt in een kwantitatief cijfer (als in het Coalitieakkoord bijvoorbeeld een eenduidig streefgetal is benoemd) of in een beweging die we samen willen maken; hoger of lager dan de gemeten 0-waarde. In dit laatste geval zijn bewust geen exacte streefgetallen opgenomen, omdat een streefgetal (zoals een "7,3") geen doel op zich is, maar juist het verbeteren van de trend en het verhaal achter de cijfers centraal staan.